6. Benamingen en vaste termen

Er zijn dingen die altijd hetzelfde (moeten) heten. Of die we altijd op een bepaalde manier willen benoemen. Op deze pagina vind je een groot aantal voorbeelden.

Ga in externe communicatie altijd uit van de lezer, de eindgebruiker. Is de informatie voor hen relevant en helpt het hem om de boodschap beter te begrijpen? Vertel hen wat zij moeten weten.

Ontbreekt er iets? Mail het ons. We zijn je dankbaar! 

We heten InteraktContour. Dat is een samenvoeging van twee namen en daarom schrijven we twee hoofdletters, een voor Interakt en een voor Contour.

In officiële stukken zoals statuten of jaarverslagen zeggen we ook wel: Stichting Interakt Contour Groep (met beide namen los geschreven). Maar onze ‘roepnaam’ is InteraktContour (aan elkaar).

Een veel voorkomende samenstelling van een woord met InteraktContour schrijven we aan elkaar. Let er wel op dat het prettig leesbaar blijft. Gebruik bijvoorbeeld liever ‘medewerker van InteraktContour’ dan ‘InteraktContourmedewerker’, of ‘locatie van InteraktContour’ in plaats van ‘InteraktContourlocatie’.

Dit is een term die we intern gebruiken, niet extern. Als we de namen voor onze eenheden gebruiken, doen we dat als volgt:

  • Behandeling (afkorting: BH)
  • Zorg & Wonen (afkorting: ZenW)
  • Maatschappelijke Ondersteuning (afkorting: MO)

Voor medewerkers:

  • Functiehuis (was Functieboek)
  • Huisvesting (is onderdeel van FI&H, maar wordt vaak ‘los’ genoemd)
  • ICT (is onderdeel van FI&H, maar wordt vaak ‘los’ genoemd)
  • Inlener (zzp’er of freelancer)
  • Leren en Ontwikkelen

    • Ontwikkelcoaching
    • Personal coaching
    • Teamontwikkeling
  • PBL (Persoonlijk Budget Levensfase)
  • P&O (niet: HR)

Voor cliënten:

  • Afasiecentrum
  • Begeleidingscentrum
  • Begeleidingspad
  • Bewoners
  • Centrale Cliëntenraad
  • Cliënten
  • Cliëntenzorg
  • Cliëntmoment
  • Competentiegericht begeleiden, bijvoorbeeld:

    • Balans
    • Gedragsinterventieplan
    • Ontwikkelingsgericht
    • Voorbijganger – Zoeker – Klant
    • Zelfstandig
  • Deelnemers
  • Individuele begeleiding (er wordt nog vaak ambulante begeleiding gebruikt)
  • Ervaringswerkers
  • FOBO
  • Incidentencyclus
  • Instrumenten
  • Lokale Cliëntenraad
  • Medezeggenschap
  • PGB tarieven
  • (Stichtings)kwartaalrapportage
  • Verpleegkundige zorg
  • Voedselveiligheid
  • Technologie (voorheen e-health)
  • Zorgbemiddeling

Als een tekst over cliënten in een woonlocatie van InteraktContour gaat, spreken we ook wel over ‘bewoners’.

Namen van woonlocaties schrijven we met hoofdletters. Heeft de naam een lidwoord? Dat schrijven we klein. Behalve als de zin ermee begint.

Voorbeeld:

  • Woonlocatie de Klokkenbelt bestaat uit 66 appartementen en ligt in een mooi groen park.
  • De Klokkenbelt biedt begeleiding groep op locatie.

Intern wordt bijvoorbeeld in beleidsstukken het woord ‘kernvoorziening’ gebruikt voor grote woonlocaties met 24-uurszorg. Extern gebruiken we altijd het woord ‘woonlocatie’.

De namen van de Hersenz-modules nemen we tussen aanhalingstekens op in een lopende tekst.

Bijvoorbeeld:

Je start met de module ‘Omgaan met Veranderingen’. Meestal volgt daarna ‘Grip op je Energie’ en ‘Denken en Doen’.

Onze slogan: Verder met hersenletsel

Onze quote: Er is altijd íets mogelijk, en daar richt InteraktContour zich op.

We gebruiken geen afkortingen. Hierop zijn enkele uitzonderingen, zoals de eenheden (BH, ZenW en MO). Ook termen als RvB, ICT en P&O (Personeel en Organisatie) gebruiken we als afkorting. Ook wanneer een woord eerder volledig is uitgeschreven, met tussen haakjes de afkorting erbij, gebruiken we daarna de afkorting.
Veel woorden rond bijvoorbeeld culturele, seksuele- en genderdiversiteit liggen gevoelig. Goed om hierop te letten dus. Hulp nodig? Bekijk de tips over inclusieve taal van de Gemeente Amsterdam.

Voor ons geldt: in het geval van ‘zijn of haar’: we gebruiken ‘zijn’.